HET LEVEN IS MET AMOR VOOS

O Sancta Simplicitas van 't ijd'le Minnekozen -
de wereld kent geen groter last dan Úw metamorfose!
Gij bedwelmt de jongeling met roesgift, met Uw voze
heulsap, uit het hart geperst, tot hem slechts een EOze
blijdschap rest, en hij de pest der middenstandspenoze
de veel te vette beurzen spekt omwille van wat rozen
als een natte krant op maandag - inkt en cellulose;
veel te duur en even slap - en chocola en gros; en
versgeplukte ganzeveder, inkt als een framboos, en
- quand on s'occupe de la folie, on a besoin des choses -
op z'n minst een riem papier om al het rijm te lozen!
In zijn ogen glanst uw dwaallicht. In zijn bloed het blozen
om een of ander wicht. Der toekomst grandioze
perspectieven klappen dicht; der schikgodinnen broze
wiegeweefsel wordt hem tot de doodsdraad uitgeplozen:
zijn leven valt in stukken van hem af, als bij leprozen.
En voor wie? - Voor niemand. Want uiteindelijk zal ze 'm lozen
voor een vent die Wallstreet kent en haar doet krielekrozen
op het voordek van zijn jacht met Thaise lichtmatrozen.

Leef in kuisheid, bloem der natie; laat mijn diagnose
U weerhouden van de liefde voor Pandora's dozen.
Meterstand en manuscript - de rest is uit den Boze.
Kijk naar mij, naar dit gedicht: 't rijmt enkel met neurose.




The Bullshitfactory '94