RING

Neem hem, die deze nacht vergleed,
de maat op. Veeg hem onder het kleed,
het rouwtapijten kamerbreed.
En maak dat gij de man vergeet,
de hand van hout, de ring gesmeed -

vergeef het hen: het is hun brood,
de bakkersknechten van de dood.
Zo worden kleine kinderen groot.
Hij is verast gelijk een jood.